Kramp, blaren, schuurplekken en zijsteken zijn veelvoorkomende lichamelijke ongemakken tijdens het hardlopen. Vervelend als het je overkomt, gelukkig zijn ze makkelijk te voorkomen. Wij zetten 6 ongemakken op een rijtje en hoe je deze de volgende keer voorkomt.
1.Schuurplekken
Smeer voordat je gaat hardlopen de probleemgebieden, binnenkant dijbenen, oksels en tepels, in met bijvoorbeeld vaseline. Neem voor onderweg lippenbalsem mee, deze is gemakkelijk mee te nemen en nauwkeuriger dan vaseline.
Lees ook: Zo pak je als hardloper schuurplekken aan
2. Kramp
Stop bij kramp met lopen en druk stevig gedurende 15 seconden op de zere plek. Let op: niet masseren. Rek vervolgens voorzichtig de spier. Herhaal deze druk / massage-cyclus totdat de kramp verdwijnt. Start vervolgens met wandelen. Voelt het oké? Start dan weer rustig met hardlopen.
Lees ook: Dit is de mogelijke oorzaak van kramp in je kuiten
3. Blaren
Blijf doorgaan. Als het te pijnlijk is, probeer dan je schoen wat vaster of juist losser te maken. Aantrekken kan bijvoorbeeld een blaar op de hiel verminderen omdat je voet minder beweegt in de schoen. Losser kan juist de druk op de blaar verminderen. Bij thuiskomst kan je de blaar op deze manier het beste behandelen.
Lees ook: 9 tips om blaren te voorkomen
4. Zijsteken
Als je aan de rechterkant zijsteken hebt probeer dan uit te ademen wanneer je met je linker voet de grond raakt. Heb je steken aan de linkerkant, doe dan juist het tegenovergestelde. Als bovenstaande niet helpt, stop dan en strek je zover mogelijk uit. Beweeg vervolgens je middel naar de tegenovergestelde kant van de zijsteek totdat het afneemt.
Lees ook: Wat kan ik tegen steken in de zij doen?
5. Struikelen en vallen
Sta op en beoordeel je verwondingen. Schaafwonden kunnen later worden behandeld, maar wanneer er veel bloed in het spel is zorg dan voor onmiddellijke behandeling. Starten na een valpartij kan mogelijk wat moeizaam gaan in het begin. Haal diep adem en start weer rustig met lopen. Als de verwonding niet erg is zal je merken dat je binnen no-time weer je oude tempo te pakken hebt.
6. Stijfheid na een korte break
Houd je pauzes kort, maximaal twee minuten. Als de pauze langer is, blijf dan goed in beweging zodat de spieren niet koud worden. Start na een pauze weer langzaam op, waarbij je weer geleidelijk naar oude tempo toe werkt.