Sommige mensen zweten meer dan anderen. Ga op een warme dag met een groep lopen en het verschil wordt al snel duidelijk. Maar wat veroorzaakt deze verschillen? In het verleden werd het antwoord gezocht in zaken als het percentage lichaamsvet (meer vet isoleert en zorgt dat je sneller oververhit raakt) en je basisconditie (hoe fitter je bent, hoe minder je zweet). Maar klopt dat wel?

Zweet je meer als je meer lichaamsvet hebt?

Onderzoekers van de universiteiten van Ottawa en van Sydney stelden precies deze vraag. Het probleem met voorgaande studies is dat lichaamsvet en conditie (bepaald door VO2-max) samengaan met andere factoren. Mensen met veel lichaamsvet wegen meestal meer. Zweet je dan omdat vet isolerend werkt of omdat je zwaarder bent en meer gewicht moet meezeulen? Hetzelfde geldt voor mensen met een hoge VO2-max (de maximum hoeveelheid zuurstof die spieren per kilo lichaamsmassa aankunnen). Zij zijn vaak kleiner van omvang, dus misschien is het de lichaamsgrootte die het verschil in zweten maakt, niet de conditie.

Onderzoek naar veranderingen in lichaamstemperatuur

Om de belangrijkste factoren te achterhalen deden 28 vrijwilligers mee aan een reeks fietstesten van steeds zestig minuten op verschillende inspanningsniveaus. Daarbij werd de mate waarin zij zweetten en hun veranderingen in lichaamstemperatuur onderzocht.

De verandering in de kerntemperatuur werd vooral verklaard door de hoeveelheid hitte die deelnemers genereerden tijdens het fietsen, als direct resultaat van de inspanning die ze leverden. Die hitteproductie verklaarde 50 procent van de variatie in de kerntemperatuur.

Met het percentage lichaamsvet (dat onder de deelnemers varieerde tussen de 6,8 en 32,5 procent) werd slechts 2,3 procent van de verschillen verklaard. Dit suggereert dat twee mensen die hetzelfde wegen en op hetzelfde tempo fietsen even snel warm moeten worden, ook al is de een klein en dik en de ander lang en dun.

Hetzelfde was waar voor de mate waarin gezweet werd: het percentage lichaamsvet verklaarde maar 1,3 procent van de verschillen. Het is belangrijk op te merken dat dit niet in tegenspraak is met het algemene idee dat mensen met veel lichaamsvet meer neigen te zweten. Dat komt echter niet door de thermische effecten van de laag vet, maar simpelweg doordat het meer moeite kost om extra gewicht mee te zeulen.

Zweet je minder als je fitter bent?

Op dezelfde manier zorgt de VO2-max alleen ook niet voor veel verschil. Dit verklaarde slechts 4 procent van de variatie in mate van zweten. Dat lijkt tegen de intuïtie in te gaan, maar het komt uiteindelijk toch weer neer op de hoeveelheid warmte die je standaard door de verrichte arbeid opwekt.

Als je twee mensen met een verschillende VO2-max vraagt om te bewegen op bijvoorbeeld 70 procent van hun maximum, dan fietst of loopt de fittere persoon veel sneller en zal dus ook meer warmte genereren. Ze zweten meer, maar ze doen ook meer. En dat komt niet door een of andere magische eigenschap van de VO2-max.

Conclusie?

Als je wilt uitzoeken of je kans loopt op oververhitting op een warme dag, of hoeveel je waarschijnlijk gaat zweten, heb je niets aan simpele theorieën over je gewicht of conditie. Uiteindelijk is er zoveel variabiliteit in de mate van opwarming en afkoeling dat je gewoon op je eigen ervaring moet afgaan en op eenvoudige testjes, zoals jezelf wegen voor en na een loop om te zien hoeveel vocht je verliest.

Volg je Runner's World al op Instagram en Facebook?