De Amerikaanse krant The New York Times verrichtte een grootschalig, onafhankelijk onderzoek naar de snelste hardloopschoen, op basis van de Stravagegevens van 500.000 wedstrijden. Het resultaat: het dragen van de Nike Zoom Vaporfly 4%, lijkt wedstrijdlopers ook echt zo’n 4 procent voordeel op te leveren.
Dat is maar liefst 6 minuten op een marathontijd van 3 uur (en 8 op een tijd van 4 uur). Nadeel van de schoen: hij kost maar liefst € 249,95, en volgens testers neemt het effect na 160 kilometer al af.
Die uitkomst is niet nieuw (een Amerikaans onderzoek van de Nederlander Wouter Hoogkamer kwam eind 2017 tot een soortgelijke conclusie), maar roept een interessante vraag op: mag dat eigenlijk wel? Als high-tech zwempakken (die ongeveer 2 procent voordeel opleverden) uit de sport werden gebannen, moet de Vaporfly dan wel worden toegestaan?
Ook los van die vraag, is het een interessant onderzoek dat The New York Times publiceerde. Op Strava vullen veel lopers in op welke schoenen ze lopen (dat doen ze soms vrij slordig, maar ook daar hielden de onderzoekers rekening mee). Door de wedstrijdtijden en schoeisel te matchen met andere gegevens (trainingsgeschiedenis, persoonlijke records) kon de krant een complete schoenenranglijst samenstellen. De Top 10:
Gemiddeld verschil in wedstrijdtijd, vergeleken met een eerder resultaat, als de loper switchte naar een nieuwe schoen:
- Nike Vaporfly 4%
- Nike Streak
- Newton Distance
- Asics DS Racer
- Adidas Adizero Boston
- Adidas Adizero Adios
- Asics DS Trainer
- On Cloudflow
- Mizuno Wave Sayonara
- Hoka One One Clayton
Voor de hele lijst, en veel meer over het onderzoek: zie The New York Times.
