Meer dan de helft van je training zou moeten bestaan uit rustige duurloopjes. Deze bevorderen je uithoudingsvermogen en je maximale zuurstofopnamevermogen.

Rustig duurlopen is niet moeilijk: dat is lopen op conversatieniveau, waarbij je onderweg nog met iemand kunt praten. Niet dat je de toestand in de wereld uitvoerig hoeft te verklaren. Je ademhaling moet een frequentie hebben waarbij je niet buiten adem raakt en wel met gemak nuttige mededelingen kunt doen: ‘paaltje’, ‘fietser voor’, ‘hier links’, ‘auto achter’.

Muziek
Voor lopers die onderweg naar muziek luisteren: loop zo hard dat je de muziek nog kunt horen. Zodra je die harder moet zetten - omdat je hart duidelijk uit de maat, maar keihard in je oren bonkt - loop je te snel.

Duur
De duur van je rustige trainingsloop varieert van 30 tot 75 minuten. Het bevordert je uithoudingsvermogen, dus ook hoe lang je kunt (gaan) lopen.

Om niet alleen de maximale zuurstofopname te verbeteren, maar ook het vermogen van het lichaam om zuurstof te transporteren zijn duurlopen van ongeveer 45 minuten belangrijk.